
Onderzoekers TU Delft vinden geen effect van grootschalige events op reproductiegetal COVID-19
COVID Kenniscentrum Voor Evenementen publiceerde eerder al een uitgebreid artikel over het onderzoek: Effect opening grootschalige evenementen bij versoepelingsmomenten 2021-2022 moeilijk terug te vinden in landelijk reproductiegetal.
Het is verhelderend om het onderzoeksrapport in te duiken. Hier de conclusie en de aanbevelingen. De onderzoeksvraag in dit onderzoek was als volgt:
Is er een relatie terug te zien tussen openen van grootschalige evenementen en de verspreiding van het virus op basis van een data-analyse aanpak?
De hypothese was dat het effect van het openen van evenementen (vertraagd) terug moet zijn te vinden in landelijke cijfers van het reproductiegetal door het verhoogde besmettingsrisico op evenementen en door de vertraging die het gevolg is van de tijd die nodig is voor organisatie en kaartverkoop.
Er zijn drie versoepelingsmomenten voor evenementen geweest waarbij de contactbeperkende maatregelen werden losgelaten: 30 juni 2021 (M1), 25 september 2021 (M2) en 25 februari 2022 (M3). We stellen vast dat deze maatregelen de laatste stap waren in een reeks versoepelingen voor het openen van de samenleving. Voor deze momenten vinden we in de visuele trends terug dat het reproductiegetal enige tijd voor het ingaan van de maatregelen voor de evenementen begon toe te nemen.
Bij M1 en M3 daalde het reproductiegetal vlak nadat de versoepelingen ingingen. Voor M2 zet de toename van het R-getal nog wel door, maar neemt de stijging niet toe en het vlakt na verloop van tijd af. In de correlatie analyse vinden we geen sterke lineaire verbanden terug tussen veranderingen R-getal, aantallen bezoekers van evenementen en andere gegevens van het verplaatsingsgedrag van personen. Daarbij merken we op dat de gevonden waarden met voorzichtigheid moeten worden geïnterpreteerd omdat de analyse gevoelig is voor het vinden van toevallige verbanden (schijncorrelaties).
Op basis van de analyse stellen we vast dat we het effect van het openen van grootschalige evenementen moeilijk terug te vinden is in de landelijke reproductiegetal.
Voor de drie versoepelingsmomenten die zijn geanalyseerd kunnen we niet terugvinden dat de versoepelingen voor evenementen een grote bijdrage hebben gehad in de verspreiding van het virus (gevat in een toename van het reproductiegetal). Tegelijkertijd weten we wel dat de kans op besmetting bij evenementen groter is dan op veel andere settings waar mensen kunnen zijn. Dat we geen effect zien hangt waarschijnlijk erg af van de epidemiologische situatie (onder andere de virusvariant en vaccinatiegraad) en dat kan komen doordat het reservoir aan vatbare personen dermate is afgenomen dat nieuwe besmettingen afnemen en het reproductiegetal daalt.
Daarnaast is het aantal contactmomenten op evenementen waarschijnlijk relatief klein ten opzichte van alle andere contactmomenten in de samenleving die dan ook weer toegestaan zijn. Hierdoor kan het effect van evenementen in de landelijke cijfers van het reproductiegetal beperkt blijven ook al zijn de contactmomenten gevaarlijker (hoger besmettingsrisico).
Aanbevelingen:
- Direct inzetten op goede data collectie
- Verder onderzoek naar modellering van de relatieve risicobijdrage van evenementen
- Een gelijke risicoafweging bij het openen als bij het sluiten van de samenleving
Ten eerste adviseren wij de voorbereiding op een pandemie te verbeteren door direct in te zetten op een goede data collectie. Het gaat dan met name het beter bijhouden van aantallen besmettingen per setting, de duur van contacten en de aantallen contacten. Daarmee kan het besmettingsrisico op verschillende settings worden bepaald en met elkaar vergeleken. Het doel van deze dataverzameling is niet om het verloop van de pandemie te beschrijven maar om meer en minder gevaarlijke locaties te identificeren en onderbouwen. Hieraan gekoppeld is ook het relatieve belang van deze contacten. Immers veel contacten die een beetje gevaarlijk zijn kunnen meer bijdragen aan heel weinig contacten die iets gevaarlijker zijn.
Daarnaast raden we aan verder onderzoek te doen naar de modellering van de relatieve risicobijdrage van zowel evenementen als andere settings waar besmettingen plaats kunnen vinden aan het totaal aan besmettingen. Dit draagt bij aan beter inzicht in de effectiviteit van de maatregelen die kunnen worden genomen. Dat kan voorkomen dat maatregelen worden gekozen die weinig invloed hebben op de verspreiding van het virus maar wel effect hebben op de economie en sociaal welzijn.
Ten slotte roepen wij op tot meer onderzoek naar het handelen volgens het voorzorgsprincipe ten tijde van een pandemie. Onze aanbeveling is om een gelijke risicoafweging te maken bij het openen van de samenleving als bij het sluiten daarvan. Die afweging moet gemaakt worden op basis van dezelfde informatie en kennis. Het kan daarbij ook helpen om naar de orde van grootte te kijken.