
Wij weten dat er vele honderden festivals in Nederland zijn, dat een paar daarvan eigenlijk alle aandacht verdienen die we ze kunnen geven, maar als geboren en getogen Achterhoekers is het voor EventBranche.nl een moetje om te schrijven over het bezoek aan de Zwarte Cross. Dit jaar inclusief een ontmoeting met een branchegenoot in de modder van Lichtenvoorde: 'Wat schakelen ze snel he en wat weten ze de sfeer vast te houden. Dit zijn echt slimme eventprofessionals', direct gecounterd door de buurman: 'Nee, dit zijn Achterhoekers.'
Alles kump goed
Ergens in het midden ligt waarschijnlijk de waarheid. Feit is dat een minderheid van de bijna 200.000 bezoekers aan het motor- en muziekfestival de playlists van de podia kent, terwijl daar een fantastische mix tussen dialect, talent en A-artiesten staan. Kijken naar motoren, grote tenten, intieme weides, bier, cocktails, modder, regen, lachende mensen en vooral kijkend naar saamhorigheid. Biertje aanstoten van iemand anders, is gewoon even een nieuw biertje halen. De betonnen arm van een agrarier uit Drenthe kan maar zo om je nek vallen, maar de onverwachte zoen van een meisje uit de kop van Noord Holland, is ook heel normaal. Hoe het team van de Feestfabriek AKG het voor elkaar blijft krijgen dat zelfs met bijna 200.000 bezoekers de sfeer uitzonderlijk goed en uniek blijft, is inmiddels een soort raadsel, waar alleen de bezoekers zelf antwoord op kunnen geven. 'Het maakt hier allemaal niet uit, want alles kump goed.'
Achterhoeks dorp
Op zondagmorgen ooit wel eens vele duizenden mensen in een megatent mee horen zingen met de band Boh Foi Toch? Het laatste concert van Normaal op de Cross, waarbij tienduizend bezoekers tijdens Oerend Hard een sitdown deden? Een theaterweide waar dagvoorzitter Frans Miggelbrink een lezing gaf: Vrouwen komen van Mars, mannen uut de Achterhoek. Crosswedstrijden met de gekste machines. Hoe een festival het grootste Achterhoekse dorp ooit werd.
Dit geen verslag van de vele merkactivaties, de partijen die best wat omzet misliepen door het noodweer, of de optredens. Het is die sfeer die het festival maakt. Ondertussen zit er een prachtige organisatie achter het festival, dat met de storm, regen en kapotgewaaide tenten, meteen voor een oplossing zorgt. De hal in, met verwarming, eitje in de ochtend en een nieuwe tent als het echt moet. De storm bleek voor veel bezoekers een drempel om zaterdag te komen. Als dan de zon weer doorbreekt, dan gooi je gewoon de poorten open. Bijna 5000 mensen maakten daar gebruik van, om alsnog het uitverkochte terrein op te kunnen. Geen betalende bezoeker die er moeilijk over deed, want, ach, dit is de Zwarte Cross. Op zondag in de zon bleek de echte omvang van het festival. Langs de maisvelden sjokken lachende boeren, afgeknipte spijkerbroeken, kistjes, Normaal-shirts, maar ook merkkleding, omgeknoopte truitjes, samen naar de ingang. Iedereen mag weer even Oosterling zijn, zich nergens druk over maken, want alles kump goed. Ontvangen door twee tribunes vol mensen die ons een fijne dag wensen, weet ik het zeker: wat is het mooi om Achterhoeker te zijn en wat is het mooi om te zien dat de kracht van evenementen stormbestendig is...